Waarom een nieuwe skilift miljoenen kost

In menig skigebied wordt jaarlijks geïnvesteerd in nieuwe liften: sneller, comfortabeler en met meer capaciteit. Maar zo’n glimmende nieuwe gondel of stoeltjeslift kost een vermogen – letterlijk. En die prijs zie je uiteindelijk terug in je skipas.

Soorten liften en hun prijskaartje

Er zijn verschillende types liften in skigebieden, elk met een eigen prijskaartje:

• Sleepliften / T-bar-liften: relatief goedkoop. Deze ouderwetse, maar effectieve liften kosten meestal tussen de €500.000 en €2 miljoen, afhankelijk van lengte, hoogteverschil en capaciteit.
• Stoeltjesliften: deze zijn duurder, zeker als ze verwarmde zittingen, kappen of automatische afkoppeling hebben. De kosten lopen snel op tot €5 miljoen tot wel €15 miljoen per lift.
• Gondelsystemen: het neusje van de zalm – comfortabel, weerbestendig en geschikt voor hoge capaciteit. De bouwkosten starten vaak rond de €15 miljoen en kunnen oplopen tot €40 miljoen of meer voor grote projecten.

Waar gaat het geld heen?

Dat prijskaartje bestaat uit veel meer dan alleen staal en kabels:

• Manuren en engineering: complexe berekeningen, veiligheidseisen, planning, transport en montage. Alles moet kloppen, ook in extreme weersomstandigheden.
• Bouwmateriaal: masten, kabels, motoren, gondels of stoeltjes, funderingen – alles moet hoogwaardig zijn en bestand tegen sneeuw, ijs en wind.
• Transport en toegang: alles moet de berg op. Vaak zijn er helikopters nodig om mastdelen en ander materiaal naar moeilijk bereikbare plekken te brengen.
• Grond en vergunningen: boeren of landeigenaren moeten worden gecompenseerd, er zijn milieustudies nodig en de regelgeving is streng. In sommige gevallen moeten gebieden zelfs heringericht worden om een lift überhaupt mogelijk te maken.
• Aanpassing van pistes en infrastructuur: een nieuwe lift vereist vaak het heraanleggen van pistes, aanleg van wegen voor bouwverkeer of uitbreiding van parkeerterreinen en horeca.

“Een gondel bouwen is alsof je een rijdend hotel aan een kabel hangt, maar dan op 2.000 meter hoogte, onder sneeuw, wind en tijdsdruk,” zegt lifttechnicus Markus Steiner, die meewerkte aan de nieuwe Krimml-X-Press. “Elke bout moet kloppen, elk onderdeel moet just-in-time arriveren. Eén fout betekent weken vertraging en honderdduizenden euro’s extra.”

Logistieke uitdaging

Een lift bouwen is een operatie op zich. Van de eerste plannen tot de opening gaan vaak meerdere jaren voorbij. Denk aan:

• Grondonderzoek en sneeuwstudies
• Milieueffectrapportages
• Vergunningsprocedures (soms in samenwerking met meerdere gemeenten)
• Coördinatie met boeren, natuurorganisaties en soms zelfs UNESCO (zoals in beschermd Alpengebied)

Daarbij komt dat bouwen op hoogte vaak beperkt is tot de zomermaanden. In een paar maanden moet het hele project dus rond zijn – wat leidt tot torenhoge uurtarieven en een krappe planning.

Hogere kosten, duurdere skipas

Al deze kosten moeten ergens terugverdiend worden. En dat gebeurt, je raadt het al, via de skipas. De afgelopen jaren zijn de prijzen van skipassen fors gestegen. Waar je 10 jaar geleden voor €45 per dag kon skiën, zit je in veel gebieden nu ruim boven de €65 per dag.

Naast inflatie en personeelskosten zijn het vooral de investeringen in moderne liften, kunstsneeuwinstallaties en duurzaamheid die de prijs omhoog stuwen. En skigebieden investeren fors – ook om internationaal concurrerend te blijven.

Voorbeelden van nieuwe liften in het afgelopen jaar

• Eibergbahn (SkiWelt Wilder Kaiser - Brixental): Deze nieuwe 8-persoonsstoeltjeslift vervangt twee oude 4-persoonsgondel en verhoogt de capaciteit aanzienlijk. Kosten: naar schatting €30 miljoen.
• Limbergbahn (Saalbach-Hinterglemm): een hypermoderne 8-persoonsstoeltjeslift met verwarmde zitjes en weerkappen. Perfect voor het koude, hoge terrein. Kosten: ruim €15 miljoen.
• Krimml-X-Press (Zillertal Arena): nieuwe verbindingsgondel tussen Hochkrimml en Gerlos, waarmee het skigebied beter ontsloten wordt en wachttijden afnemen. Kosten: ca. €25 miljoen.

Dus de volgende keer dat je zonder te wachten de berg op zweeft in een comfortabele liftcabine, weet je: daar is flink in geïnvesteerd. En ja, dat voel je in je portemonnee, maar ook in de ervaring. Want uiteindelijk is het de som van al die miljoeneninvesteringen die wintersport tot zo’n soepele beleving maakt. De vraag is alleen: hoe lang blijven we bereid die stijgende prijs te betalen voor gemak op hoogte?